Je kent jezelf maar pas echt wanneer je jezelf ook echt in de ander ontmoet

Gepubliceerd op 19 juli 2020 door Willem

De oplettende lezer heeft gemerkt dat ik in de afgelopen tijd in mijn zoeken naar “wat er zoal in de lucht hangt elke maand” me voornamelijk richt op de oorspronkelijke archetypische betekenis van de typische “energie” die er in de lucht hangt elke maand. De energie die lang geleden benoemd werd, een naam kreeg en tot ons is gekomen als zijnde de beelden van de dierenriem.

Al heel lang geleden bemerkte men dat er telkens (elke maand) “iets anders in de lucht hing” en dat die typische energie niet enkel een ander natuurgebeuren tevoorschijn roept maar tevens invloed uitoefent op hoe de mens zelf zich verhoudt tot zichzelf, de ander en het wereldgebeuren.

Het is slechts deels dat we in vrijheid uitdrukking kunnen geven aan wat ons beweegt.
Er zijn sterke kosmologische krachten werkzaam in ons die zich via ons menszijn zoeken uit te drukken.
We zijn in de grond veel minder vrij dan we wel willen denken.
En als we vrij zijn en daar sterk van overtuigd zijn dan blijkt, als we eerlijk reflecteren op ons eigen gedrag, dat veel van wat we bewerkstelligen, uiteindelijk niet zo’n succesvol effect heeft, noch voor ons zelf, noch voor de ander laat staan voor het collectief.

Niet omdat ik dat vind, vraag het aan oorspronkelijke volkeren, vraag het aan minderheden, vraag het aan de gekleurde medemens, vraag het vooral aan de dieren, de planten, de gesteenten van de aarde. Vraag het aan de lucht, het water van de oceanen.
Misschien heeft zelfs de Maan wel een mening over ons en houdt Mars zijn hart vast.

Vanuit de oudheid is er al veel bekend over deze oorspronkelijke energiebeelden die we kennen als de twaalf tekens van de dierenriem en in de serie verhalen die ik de afgelopen twee jaar bijeen geschreven heb, heb ik een beeld geschetst van die archetypische krachten die in ons hun weg zoeken en die aan de basis liggen van onze cultuurfeesten, de namen van de maanden.

Maar ik heb me voorgenomen om verder en dieper in te zoomen op deze materie want dat is wat deze tijd vraagt.

Als we enkel de beelden elk op zich beschouwen komen we niet veel verder. Hoe goed we ze ook kennen en kunnen omschrijven en herkennen in onszelf.
We komen er wezenlijk niet veel verder mee als ons standpunt dat van ons zelf is.

Zelfkennis is een goede zaak, maar ook dit thema mag niet als doel gelden. Ook dit thema staat in functie van.
We kunnen ons zelf maar echt begrijpen als we ons zelf in een driehoek plaatsen.

Je kent jezelf maar pas echt wanneer je jezelf ook echt in de ander ontmoet.

Een niet gemakkelijke zin. Een niet gemakkelijk te erkennen levensfeit. Maar zonder de achting van dit besef komen we nooit tot de zo broodnodige opheffing der tegenstellingen en de groei naar de nieuwe derde verbindende kracht die daaruit ontstaat en die zo de drijvende kracht wordt voor ons ware menszijn; ons wezenlijk verbonden weten met de levende schepping om ons heen.

De schepping in zijn totaliteit komt werkelijk volledig tot leven wanneer elk levend wezen daarin zijn eigen plek kan innemen. Als we daar voor zorgen, zorgt dat geheel dat we zelf ook op onze plek vallen.
Onze zorg voor het geheel maakt dat het geheel voor ons zorgt.

Als je dat niet gelooft, moet je voor jezelf zorgen. En de ander de ander laten.

We zullen dus een stap verder moeten gaan en ook de archetypische symboliek van elk beeld in relatie moeten brengen tot het grotere geheel.

Laat dat nu precies zijn wat er op dit moment wereldwijd aan het gebeuren is met ons.

 

pastedGraphic.png

 

Ik wil jullie graag laten zien hoe ik tot deze gedachten kom.

Morgen zijn we weer een maand verder dan mijn laatste verhaal van vorige maand waar ik iets vertelde over de zonsverduistering die zich toen aandiende.
Morgen is er weer een nieuwe maan. Zoals elke maand gebeurt.
Elke maand komen de twee kosmische scheppingsprincipes, zon en maan bijeen, en planten een zaadje. Nieuwe maan noemen we dat.

Lees en luister met je hart en open je voor de symboliek.

Dit zaadje gaat vervolgens door vier fases heen (de schijngestalten) en krijgt zo gedurende een maand alles wat het nodig heeft om zich te kunnen uitdrukken.
Elk jaar worden er zo 12 zaadjes geplant. Elk zaadje heeft een andere oriëntatie.
Morgen wordt er een nieuw zaadje geplant en dat zaadje krijgt de oriëntatie die verbonden is met het archetypische beeld van de Kreeft, want de samenstand van zon en maan vindt plaats tegen de achtergrond van de Kreeft.
Sterker; we krijgen een herkansing, want een maand geleden deed zich het fenomeen voor dat de samenstand van zon en maan toen ook plaatsvond in de Kreeft.
(we hebben dus een jaar waarin we uitzonderlijk twee keer, daarom is dit dus zo belangrijk, een Kreeft-zaadje krijgen)

Dit tweede zaadje met Kreeft signatuur, gaat vanaf 21 juli door vier fases die op hun beurt gekleurd worden door de Leeuw. Want vanaf 21 juli loopt de zon door de Leeuw.

Wel wat speelt hier dan symbolisch.

Het zaadje zal sterk gekleurd worden door het beeld van de Leeuw en zal dus als het ware gedrenkt worden, in een bad gaan dat vol zit met ideeën die alles te maken hebben met “hier ben ik”, “hier wil ik zijn”, “ik wil stralen, ik wil mij tonen”.
Als een mannetjesleeuw af en toe eens brult temidden van zijn harem vrouwen op de savanne, dan is zijn gebrul tot op bijna tien kilometer afstand te horen.
Maar het zg. DNA van het zaadje, zijn grondstructuur, zijn eigen oriëntatie is die van de Kreeft.
Het archetypische beeld van de Kreeft is het moederprincipe, in de mythologie is Demeter daarvan de verpersoonlijking. Grondthema is hier zorg dragen voor het geheel, het gezin, de schepping. Het geheel gaat hier voor het individu.

Deze twee thema’s kunnen op gespannen voet van elkaar komen te staan.

(Ik ga nu even niet in op het oude verhaal van Demeter en Kore die eigenzinnig bloemen ging plukken daar waar het niet mocht, met alle gevolgen van dien – heel toepasbaar voor deze tijd – maar dat zal ik een andere keer wel eens vertellen)

Deze twee thema’s dus:

Van binnen uit precies weten wat wel of niet goed voelt, niet zozeer voor jezelf maar afgestemd op wat nodig is voor de groep, het gezin, de grotere groep.
En anderzijds de impuls om jezelf te willen doorzetten. Zelf het middelpunt willen zijn. Je zin willen doordrijven. Kreeft tegenover Leeuw.

Ongelooflijk herkenbaar vandaag de dag voor een ieder van ons wanneer we voor de keuze staan.
Ga ik naar het strand? Is dat veilig? Voor mij? Breng ik anderen in gevaar?
Mij kan toch niets gebeuren. Ik mankeer niets. Iedereen moet maar voor zich zelf zorgen.
Ik heb vakantie en ik geniet ervan.

Laten we deze zin er maar weer eens bij halen:

Je kent jezelf maar pas echt wanneer je jezelf ook echt in de ander ontmoet.

Werken met kosmologische verbanden heeft mij geleerd alles in een driehoek te plaatsen.
Het is de grondstructuur van heel de schepping.

Je kunt de kennis van je ware zelf plaatsen op de top van de driehoek.

Op de basis van de driehoek staat in de ene hoek Ik en in de andere hoek De Ander.

Enkel wanneer Ik zich richt naar De Ander komt het ware zelf binnen het zicht.

In archetypische, kosmologische termen betekent dit het volgende:
De Leeuw die symbool staan voor de drijvende kracht van I AM – Ik Ben, zal zich zelf maar echt leren kennen als hij het Waterman principe in zichzelf oproept.
Hij zal het tegenovergestelde thema zich bewust moeten worden.

Dit Waterman thema ligt verborgen in het symbooltje dat gebruikt wordt voor de Waterman. Dat zijn twee boven elkaar liggende golvende lijntjes.
Deze twee golvende lijntjes drukken precies uit waar het bij de waterman om gaat.
Dit is het beeld van resonantie. Op elkaar afgestemd zijn. In harmonie met.
Achting hebben voor. Rekening houden met.
Mooi uitgedrukt in het woord: akkoord.
Samen in de zelfde richting stromend.
Een golf is de uitdrukking van stromende energie.
En een golf bevindt zich in de ene fase in het lichte gedeelte en tijdens de tweede fase in het donkere gedeelte. Het verbindt boven met beneden. Het gaat door licht en duister heen.
Het verbindt de twee levenspolen. Het is de ene keer een deeltje de andere keer een golf. Noch het één, noch het ander. Heeft weet van beide; is zichzelf en de ander.
Als hij elektrisch is wekt hij een magnetisch veld op. Is hij magnetisch dan wekt hij elektrisch veld op.
Hij creëert zijn eigen voertuig en kan zich daardoor door het luchtledige verplaatsen.
Hij draagt een geheim in zich dat we als mensheid nog niet hebben ontsluierd.
We weten iets van de elektrische kant van de lucht, maar de magnetische kant van de lucht is nog maar net begonnen haar geheimen te ontsluiten in de veldenleer en de daarin werkende dynamieken die het leven van levensvormen aaneenrijgen.
Als ze al haar geheimen en raadselen openbaart zal het watermantijdperk echt anders aan ons verschijnen.

Als de Leeuw in ons zich voor deze krachten wenst te buigen omdat hij iets groters dan zichzelf daarin herkent maakt het dierlijke in ons plaats voor de ware mens.
Als Leeuw en Waterman willen zien dat ze elkaar nodig hebben om tot een waar akkoord te komen dan staat een nieuw wezen op dat zijn ingeschapen hogere vermogens kan gaan uitdrukken.

Als je deze twee krachten naast elkaar laat bestaan en op elkaar laat inwerken dan begrijp je waar het in oude verhalen over gaat als Koning Arthur met zijn twaalf ridders rond één ronde tafel zit en gezamenlijk op zoek zijn naar de beste manier om het land te regeren.

Of in nieuwe verhalen wanneer 27 regeringsleiders bijeen komen om te beslissen over een enorm hulppakket aan maatregelen om te herstellen van een door een pandemie veroorzaakte crisis in Europa.

Lukken zij er in om Leeuw en Waterman te verbinden?
Het enige wat nodig is, is ruimte geven aan de ontmoeting met het ware wezen van de ander.
Als beiden de ander willen leren kennen, zorgen beiden voor elkaar.

De oplossing zit hem niet in het vinden van de oplossing. De oplossing zit hem in het blijven roeren.

De oude symboliek van de dierenriem, diep archetypisch beschouwd, laat ons dus zien dat we onze gezonde ontwikkeling op een dusdanige wijze ter hand nemen dat we telkens een serieuze poging doen om delen van ons zelf te leren kennen door op zoek te gaan naar het tegenoverliggende beeld.

Maar laat nu toch tegenoverliggende beelden zich in eerste instantie voordoen als tegenstanders.

Weet dan dat tegenstanders maar tegenstanders zijn omdat we tegenover hen staan.

Als we ergens ander gaan staan, er niet meer tegenover, dus van stand-punt veranderen, als we moeite doen om in de ander zijn voetsporen te stappen, op een ander zijn stand-punt te gaan staan, als we proberen tot een akkoord te komen dan wijkt de schaduw en kunnen de stralende golven van de zon ons hart doen laten voelen dat het klopt.

 

© Willem Versteeg

19 juli 2020

Meld je aan met je E-mailadres en blijf automatisch op de hoogte van ons nieuws: